Anonieme belagers zijn vaak te achterhalen en aan te pakken
Ons kantoor is al decennialang gespecialiseerd in het aanpakken van alle vormen van onrechtmatige online content, waaronder allerlei vormen van belaging. Vaak is de eerste stap om te achterhalen wie de belager is, omdat dit soort toetsenbordhelden veelal anoniem opereren. Door onze lange ervaring lukt het ons meestal om de dader te achterhalen doordat wij elke aanwijzing maximaal benutten. Zo hebben wij onlangs de gegevens van een dader achterhaald door de Kamer van Koophandel voor de rechtbank Midden-Nederland te dagen in een bodemprocedure om deze te dwingen de gegevens af te geven van een dader die bij een omvangrijk lasterlijk stuk uittreksels uit het handelsregister had gevoegd. Deze uitspraak laat weer eens zien dat men zich langs de civielrechtelijke weg ook goed kan verweren tegen anonieme belagers.
Hieronder bespreken wij beknopt de zaak en treft u een link aan naar de volledige uitspraak.
Casus
Onze cliënten zijn een organisatie en haar bestuur die door een onbekende op internet ernstig worden belasterd. De onrechtmatige uitingen werden verspreid vanaf een Gmail-adres, zodat wij in eerste instantie hebben getracht om de identiteit van de afzender via Google te achterhalen, hetgeen in het verleden regelmatig met succes is gebeurd. Google beweerde echter dat zij niet langer beschikte over informatie over dit mailaccount, omdat de gebruiker zijn account direct na verzending van de laster bleek te hebben verwijderd.
In de verspreide lasterlijke berichten bevonden zich echter uittreksels uit het Handelsregister, waarop specifieke informatie te zien was die door de KvK kon worden herleid tot een gebruikersaccount. De KvK weigerde om de accountinformatie aan ons te verstrekken.
Procedure
Wij hebben daarom zowel de KvK als Google – omdat deze ons er niet van kon overtuigen dat zij echt niet meer beschikt over gegevens van de dader – gedagvaard in een bodemprocedure.
Het verweer van de KvK in deze procedure laat zich als volgt samenvatten:
- de eisende partijen zijn niet ontvankelijk omdat zij de bestuursrechtelijke weg van de Wet open overheid (Woo) hadden moeten bewandelen;
- de in het arrest Lycos/Pessers geformuleerde criteria zijn in deze zaak niet van toepassing omdat de KvK – anders dan Lycos in die zaak of Google in deze zaak – geen internet service provider is en dus geen tussenpersoon via wiens diensten onrechtmatige gedragingen zijn verricht, zodat zij door het niet verstrekken van de gevorderde gegevens niet in strijd handelt met enige zorgplicht;
- de gevorderde gegevens zouden eenvoudiger via andere wegen (contact met de afzender, via Google of door aangifte te doen bij de Politie) kunnen worden verkregen;
- de KvK is verplicht de AVG na te leven en een verstrekking van persoonsgegevens van opvragers van handelsregistergegevens valt onder de AVG;
- het zou onduidelijk zijn of de gevorderde gegevens de eisende partijen verder zouden kunnen helpen bij het achterhalen van de dader van het verspreiden van de laster.
Uitspraak
De rechtbank heeft op 9 oktober 2024 vonnis gewezen. De vordering tegen Google wordt afgewezen. De rechtbank overweegt dat deze voldoende aannemelijk heeft gemaakt dat zij niet meer over de gegevens beschikt en ziet geen aanleiding om aan deze uitleg te twijfelen.
De KvK wordt echter wél veroordeeld om de gevorderde gegevens te verstrekken. De rechtbank overweegt hierbij het volgende:
- deze zaak betreft geen Woo-zaak, het verweer op dit punt van de KvK wordt afgewezen en de eisende partijen zijn ontvankelijk in hun vordering;
- de KvK heeft de onrechtmatige daad van de dader niet gefaciliteerd, anders dan de provider in het Lycos/Pessers-arrest, maar zij is wel de enige partij die in dit specifieke geval de eisende partijen verder kan helpen, omdat de voor de hand liggende andere route daarvoor (via Google) is afgesneden;
- de rechtbank stelt vast dat de door KvK in haar verweer genoemde alternatieven, waaronder een poging tot een strafrechtelijk traject) nergens toe leiden c.q. hebben geleid, zodat de belangen van de eisende partijen bij het verkrijgen van de informatie zwaarder wegen dan die van de KvK bij het geheimhouden daarvan;
- het verweer van de KvK dat zij ‘stil moet zitten’ vanwege de strekking van de Handelsregisterwet wordt afgewezen omdat rechten om vrijelijk in een register zoals het Handelsregister te kijken niet onbeperkt zijn en het belang van iemand die dit gebruikt om weg te komen met onrechtmatig handelen dient te wijken voor het recht van iemand jegens wie onrechtmatig is gehandeld en die hierdoor schade lijdt;
- het verweer van de KvK dat zij verplicht is de AVG na te leven wordt verworpen omdat het in deze specifieke zaak niet om persoonsgegevens of gegevens die herleidbaar zijn tot een persoon gaat.
Met deze uitspraak wordt bevestigd dat het civiele recht een belangrijke rol speelt bij de aanpak van online belaging. Ook in deze zaak heeft de rechtbank geconstateerd dat het bewandelen van de strafrechtelijke weg niet tot resultaat heeft geleid (zie ook ons eerdere nieuwsbericht ‘Slachtoffers van online belaging kunnen zelf iets doen’) en dit als een van de gronden voor toewijzing van de vordering heeft laten meewegen. Dit is een voor de rechtspraktijk belangrijke uitspraak en hierop zal in de toekomst naar verwachting nog veelvuldig een beroep worden gedaan.
U vindt de gehele uitspraak hier.